bloemsuiker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bloemsuiker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bloem·sui·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bloem en suiker
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bloemsuiker | bloemsuikers |
verkleinwoord | bloemsuikertje | bloemsuikertjes |
Zelfstandig naamwoord
de bloemsuiker m
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord bloemsuiker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bloemsuiker" herkend door:
69 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be