bloemstuk

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

bloemstuk bij graf
Uitspraak
Woordafbreking
  • bloem·stuk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bloemstuk bloemstukken
verkleinwoord bloemstukje bloemstukjes

Zelfstandig naamwoord

het bloemstuko

  1. een siervoorwerp dat grotendeels bestaat uit snijbloemen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be