bloeden
Uiterlijk
- bloe·den
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
bloeden |
bloedde |
gebloed |
zwak -d | volledig |
bloeden
- inergatief het vloeien van bloed uit het lichaam
- Het dier bloedde uiteindelijk dood.
- moeten bloeden voor iets
heel vervelende gevolgen hebben van iets
- • 'Na de begrafenis had hij al in bedekte termen gemeld dat wij het er niet bij moesten laten zitten. Dat er iemand moest bloeden voor de fouten die er waren gemaakt. [1]
- Doen alsof je neus bloedt
doen alsof je van niets weet
- Een doekje voor het bloeden (zijn)
een ontoereikende, slechts symbolische maatregel of ofwel: een smoesje zijn, niet de waarheid
- In Defendria zeggen ze wel, dat zij machtiger zijn, maar dat is maar een smoesje, een doekje voor het bloeden, zogezegd. Ik zou wel eens willen zien wat zij van een vechtpartij terechtbrachten, als het menens werd.' [2]
1. het vloeien van bloed
de bloeden mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord bloed
- Het woord bloeden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bloeden" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Suzanne Vermeer: All-inclusive 2008
- ↑ Herzen, FrankDe zoon van de woordbouwer 1970 ISBN 9062805450 pagina 123
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -en in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Inergatief werkwoord in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %