biotechnologisch
Uiterlijk
- bio·tech·no·lo·gisch
- afgeleid van biotechnologie met het achtervoegsel -isch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | biotechnologisch | biotechnologischer | |
verbogen | biotechnologische | biotechnologischere | |
partitief | biotechnologisch | biotechnologischers | - |
biotechnologisch
- met betrekking tot de biotechnologie
1.
- Het woord biotechnologisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.