bio-informatica

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

bio-informatica toegepast op het menselijk genoom
Uitspraak
Woordafbreking
  • bio-in·for·ma·ti·ca
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bio-informatica
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bio-informaticav

  1. (biologie) de wetenschap die tot doel heeft de biologische kennis te verrijken door kennis uit de informatica toe te passen op biologische data
     Dankzij de moderne technieken komen er grote hoeveelheden informatie beschikbaar die met bio-informatica verwerkt worden. Ben van Ommen van TNO is de voortrekker op dit gebied. Hij geeft leiding aan een team van dertien bio-informatici. Die onderzoeken bijvoorbeeld de relatie tussen voeding en chronische ziekten. Voeding is van grote invloed op het al dan niet ontstaan van veel chronische ziekten.[1]
     Joanna Holbrook gebruikt algoritmes om nieuwe medicijnen te ontdekken. Als professor in de bio-informatica aan de Universiteit van Southampton en werkzaam bij het bedrijf Benevolent AI, is haar doel om geïndividualiseerde diagnoses en behandelingen van complexe ziekten te verbeteren door datasets te verwerken, analyseren, integreren en interpreteren.[2]
     Hoogleraar Yves Moreau, verbonden aan de universiteit van Leuven, doet al jaren onderzoek naar onder meer bio-informatica en de banden tussen de Chinese wetenschap en politie.[3]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 6 november 2021 Weblink bron
    Rinke van den Brink
    “Over systeembiologie en bio-informatica” (30-12-2010), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 6 november 2021 Weblink bron “A Bright New World: de impact van Artificial Intelligence” (28-09-2018), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 6 november 2021 Weblink bron “'Nederlandse labs werkten samen met Chinezen in gevoelig dna-onderzoek'” (WO 6 OKTOBER 2021), NOS