bezoekersrecord

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·zoe·kers·re·cord
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bezoekersrecord bezoekersrecords
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het bezoekersrecordo

  1. grootste aantal bezoekers ooit
     De Rotterdamse musea profiteren met een bezoekersrecord van 3,5 miljoen mensen flink mee van het toegenomen toerisme. Het aantal bezoeken lag in het jaar daarvoor 10 procent lager.[1]
     Zondag kleurde Spa-Francorchamps oranje door een ongekende stroom van fans van Verstappen. De Belgen noteerden met 265.000 een bezoekersrecord bij hun GP, maar waren niet te beroerd toe te geven dat het Max-effect een belangrijke rol heeft gespeeld bij de uitstekende bezoekcijfers. Schattingen spraken van 80.000 Nederlanders op de wedstrijddag.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron “Meer toeristen in Rotterdam, met dank aan Lonely Planet” (Donderdag 9 maart 2017, 14:43), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron “Fans en bedrijfsleven omarmen Max Verstappen” (Dinsdag 29 augustus 2017, 06:33), NOS