bewegingsonderwijs

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  bewegingsonderwijs    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• be·we·gings·on·der·wijs

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  beweging zn  en  onderwijs zn  met het invoegsel -s- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bewegingsonderwijs
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het bewegingsonderwijs o

1. (onderwijs) lessen die die gericht zijn op de ontwikkeling van lichaam door sport en spel

   ▸ In het onderwijsrapport constateert de inspectie problemen bij basisschoolleerlingen in taal, rekenen, cultuureducatie, natuur en techniek, burgerschaps- en bewegingsonderwijs. Er komen zelfs leerlingen van school die niet goed kunnen lezen. Die achterstanden werken soms door tot aan het mbo. "Het is iets waar we vaker voor hebben gewaarschuwd. We moeten soms leerlingen bijscholen", zegt Heerts.

   ▸ Dat de belangstelling van Foppe de Haan (73) bij het bewegingsonderwijs ligt is niet verrassend. Voor hij doorbrak als voetbaltrainer was hij werkzaam bij het CIOS in Heerenveen, waar hij les gaf in diverse balsporten.

Synoniemen

• sportonderwijs, gymnastiek

Gangbaarheid

• Het woord bewegingsonderwijs staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.