bewakingscamera

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Bewakingscamera's in het station van Aarschot
Uitspraak
Woordafbreking
  • be·wa·kings·ca·me·ra
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bewakingscamera bewakingscamera's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bewakingscamerav / m

  1. een videocamera die in gebruik is om zaken of personen onder toezicht te houden
    • Woensdagmiddag zegt de woordvoerder van het Landelijk Parket dat op basis van beelden van bewakingscamera’s ervan wordt uitgegaan dat Amri op 21 december rond half twaalf ’s ochtends op het station van Nijmegen was. [1] 
Synoniemen

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. NRC Marc Leijendekker 28 december 2016