bevruchting

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·vruch·ting
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bevruchting bevruchtingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bevruchtingv

  1. (biologie) conceptie, fertilisatie, fecundatie, samensmelten van zaadcel en eicel.
    • Bevruchting is bij geslachtelijke voortplanting het proces van de samensmelting van twee haploïde gameten, zoals een zaadcel en een eicel, dat leidt tot samensmelting van de mannelijke en de vrouwelijke kern (karyogamie) en tot de vorming van een diploïde zygote en eventueel uiteindelijk de ontwikkeling van een embryo. 
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be