betengelen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: betengelen (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·ten·ge·len
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
betengelen [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
betengelen |
betengelde |
betengeld |
zwak -d | volledig |
- voorzien van een latwerk van smalle latjes
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'betengelen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "betengelen" herkend door:
56 % | van de Nederlanders; |
41 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ betengelen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel be- in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 56 %
- Prevalentie Vlaanderen 41 %