bestemor

Noors

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈbestəmuːɾ /

Woordafbreking

• bes·te·mor

Woordherkomst en -opbouw

• Afkomstig van Nederlands:  bestemoer zn  ("oude vrouw") ←  bestemoeder zn 

Naar frequentie	1299

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	bestemor	m: bestemoren v: bestemora	bestemødre bestemødrer	bestemødrene
genitief	bestemors	m: bestemorens v: bestemoras	bestemødres bestemødrers	bestemødrenes

Zelfstandig naamwoord

bestemor, m / v

1. (familie) grootmoeder, oma

   «Vår kjære mor, svigermor, bestemor, oldemor, søster, svigerinne og tante "Gullborg Haglund" sovnet stille inn i dag. »

   Onze lieve moeder, schoonmoeder, grootmoeder, overgrootmoeder, zus, schoonzus en tante "Gullborg Haglund" is vandaag in alle stilte overleden.

Synoniemen

• farmor
• mormor

Antoniemen

• bestefar

Nynorsk

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈbestəmuːɾ /

Woordafbreking

• bes·te·mor

Woordherkomst en -opbouw

• Afkomstig van Nederlands:  bestemoer zn  ("oude vrouw") ←  bestemoeder zn 

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	bestemor	bestemora	bestemødrer	bestemødrene
genitief	bestemors	bestemoras	bestemødrers	bestemødrenes

Zelfstandig naamwoord

bestemor, v

1. (familie) grootmoeder, oma

Hyponiemen

• farmor
• mormor

Antoniemen

• bestefar