besparingsplan
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·spa·rings·plan
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | besparingsplan | besparingsplannen |
verkleinwoord | besparingsplannetje | besparingsplannetjes |
Zelfstandig naamwoord
het besparingsplan o
- voorgenomen handelingen om minder geld uit te geven
- ▸ De Europese ministers van Financiën in de Eurogroep zijn bij elkaar in Brussel om te vergaderen over het besparingsplan van Griekenland.[1]
- voorgenomen handelingen om van iets minder te gebruiken
- ▸ Als het plan wordt goedgekeurd door het Franse parlement, gaat het licht in juni 2013 tussen 1 uur 's nachts en 7 uur in de ochtend definitief uit. Het besparingsplan zou zo'n 2 miljoen euro aan elektriciteitskosten schelen. Plekken als ziekenhuizen en politiebureaus mogen uit veiligheidsoverwegingen wel gewoon het licht aanhouden.[2]
Gangbaarheid
- Het woord besparingsplan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Europese ministers aan tafel voor overleg” (Zaterdag 11 juli 2015, 14:56), NOS
- ↑ Weblink bron “Parijs doet het licht uit” (Donderdag 6 december 2012, 20:32), NOS