beschermend

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·scher·mend
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van: beschermen
verbogen vorm: beschermende

beschermend

  1. onvoltooid deelwoord van beschermen
  2. attributief gebruikt
    • Zij was een haar kinderen overdreven beschermende moeder. 
  3. bijwoordelijk gebruikt
    • Hij sloeg beschermend zijn armen om haar heen. 
  4. partitief gebruikt
    • Zijn glimlach had iets beschermends en geruststellends. 
Vertalingen
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen beschermend beschermender beschermendst
verbogen beschermende beschermendere beschermendste
partitief beschermends beschermenders -

Bijvoeglijk naamwoord

beschermend

  1. bepaalde narigheid voorkomend
    • Hij draagt een beschermend pak. 
Verwante begrippen
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid