bescheidenheid
Uiterlijk
- be·schei·den·heid
- Afgeleid van bescheiden met het achtervoegsel -heid.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bescheidenheid | |
verkleinwoord |
de bescheidenheid v
- het de eigen verworvenheden kleiner voorstellen dan zij zijn
- De man die generaties heeft laten schuddebuiken van het lachen is opgetrokken uit bijna banale bescheidenheid. [1]
- ▸ Inspiratiebron: Europese Commissievoorzitter Von der Leyen noemt de Argentijn een inspiratiebron. "Hij inspireerde miljoenen mensen, ver buiten de katholieke kerk, met zijn bescheidenheid en pure liefde voor de minderbedeelden." Ook CDU-leider Merz, aankomend bondskanselier van Duitsland, zegt dat de paus herinnerd zal worden "vanwege zijn onvermoeibare inzet voor de zwaksten in de samenleving, voor rechtvaardigheid en verzoening".[2]
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord bescheidenheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Tubantia Arno Gelder 19-08-17 André van Duin, de komiek van alle generaties
- ↑
Weblink bron “Bedroefde reacties op dood van paus: 'Miljoenen mensen geïnspireerd'” (21 april 2025), NOS