beroepsspecifiek
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·roeps·spe·ci·fiek
Woordherkomst en -opbouw
Bijvoeglijk naamwoord
beroepsspecifiek
- (onderwijs) wat heel kenmerkend is voor een bepaald vak
- ▸ “De algemene vakken volgen die jongeren in een CVO (Centrum Voor Volwassenenonderwijs, red.), wij zorgen voor de beroepsspecifieke opleiding. Assistent-boekhouder is zo'n opleiding, net als hulpkok.”[1]
Gangbaarheid
- Het woord beroepsspecifiek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron wv“VDAB-competentiecentra: opleiding op maat” (04/07/2015), De Standaard