beroepsmogelijkheid
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·roeps·mo·ge·lijk·heid
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van beroep en mogelijkheid met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beroepsmogelijkheid | beroepsmogelijkheden |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de beroepsmogelijkheid v
- (juridisch) mogelijkheid om tegen een rechterlijke uitspraak in beroep te gaan
- (economie) de mogelijkheid of gelegenheid om een bepaald beroep te kunnen uitoefenen
- De toenemende welvaart en toenemende bevolkingsdichtheid hebben geleid tot meer beroepsmogelijkheden.
Gangbaarheid
- Het woord beroepsmogelijkheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.