beroepskamer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·roeps·ka·mer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beroepskamer | beroepskamers |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (juridisch) deel van een rechtbank dat gaat over zaken waarbij minstens één partij in hoger beroep is gegaan na een gerechtelijke uitspraak
- ▸ Volgens de beroepskamer van het Rwandatribunaal is er onvoldoende bewijs om de ex-ministers Prosper Mugiraneza en Justin Mugenzi te veroordelen. Zij zijn onmiddellijk vrijgelaten.[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'beroepskamer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Ex-ministers Rwanda alsnog vrij” (Maandag 4 februari 2013, 11:05), NOS