bereiking
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·rei·king
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van bereiken met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bereiking | bereikingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- het halen van een doelstelling
- ▸ Dat betekent dat een mens (ieder mens) als doel op zichzelf beoordeeld en behandeld moet worden. Hij mag dus niet primair als middel ter bereiking van economische of andere doeleinden worden geïnstrumentaliseerd.[2]
Gangbaarheid
- Het woord bereiking staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "bereiking" herkend door:
67 % | van de Nederlanders; |
60 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Weblink bron
Prof. mr. J. M. H. F. Teunissen“Afschaffing algemene heffingskorting is inbreuk op beschaving” (21-02-2018), Reformatorisch Dagblad - ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be