benuttigde
Uiterlijk
- Geluid: benuttigde (hulp, bestand)
- be·nut·tig·de
| vervoeging van: | benuttigen… |
benuttigde
- verbogen vorm van benuttigd, voltooid deelwoord van benuttigen
| vervoeging van |
|---|
| benuttigen |
benuttigde
- enkelvoud verleden tijd van benuttigen
- Ik benuttigde.
- Jij benuttigde.
- Hij, zij, het benuttigde.
- Ik benuttigde.
- Het woord benuttigde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.