benaderd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·na·derd
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van benaderen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel
Werkwoord
vervoeging van: | benaderen… |
verbogen vorm: | benaderde |
benaderd
- voltooid deelwoord van benaderen