beleidsinstrument
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·leids·in·stru·ment
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van beleid zn en instrument zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beleidsinstrument | beleidsinstrumenten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het beleidsinstrument o
- middel waarmee men een plan van aanpak kan uitvoeren
- ▸ "Gemeente Breda heeft al een opkoopbescherming voor nieuwbouw. Voor bestaande bouw willen we onderzoeken of dit leidt tot een effectief en hanteerbaar beleidsinstrument om woningen in de bestaande voorraad te behouden voor de gewenste doelgroepen. De gemeente hanteert nu bij nieuwbouw een zelfbewoningsplicht van 5 jaar voor woningen met een waarde tot 300.000 euro."[1]
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord beleidsinstrument staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Leen Kraniotis“Dit willen de tien grootste gemeenten doen tegen beleggers die huizen opkopen” (Donderdag 2 september 2021, 07:02), NOS