beleenbaar

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·leen·baar
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen beleenbaar beleenbaarder beleenbaarst
verbogen beleenbare beleenbaardere beleenbaarste
partitief beleenbaars beleenbaarders -

Bijvoeglijk naamwoord

beleenbaar

  1. geschikt zijn om als onderpand te dienen bij een lening
    • De Europese Centrale Bank (ECB) verschaft vandaag nadere gegevens betreffende activa die beleenbaar zijn als onderpand voor krediettransacties van het Eurosysteem. [1] 

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Europese Centrale Bank 25 mei 2007