bekroonde

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·kroon·de

Werkwoord

vervoeging van
bekronen

bekroonde

  1. enkelvoud verleden tijd van bekronen
    • Ik bekroonde. 
    • Jij bekroonde. 
    • Hij, zij, het bekroonde. 
  2. verbogen vorm van bekroond, voltooid deelwoord van bekronen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be