beklommen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·klom·men
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
beklimmen

beklommen

  1. meervoud verleden tijd van beklimmen
    • Wij beklommen. 
    • Jullie beklommen. 
    • Zij beklommen. 
  2. voltooid deelwoord van beklimmen
     Het Giro-peloton neemt de befaamde berg vanaf de noordkant. Nooit eerder in de wielergeschiedenis eindigde een etappe op de Galibier, nadat de renners de col vanaf de noordzijde hadden beklommen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron “Giro eert Pantani met Galibier” (20-09-2012), NOS