beitelen uit
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: beitelen uit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈbɛitələ(n) ˈœyt / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- bei·te·len uit
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uitbeitelen |
beitelen (…) uit
- meervoud tegenwoordige tijd van uitbeitelen
Gangbaarheid
- Het woord beitelen uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.