beginnendere
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: beginnendere (hulp, bestand)
- IPA: /bəˈɣɪnəndərə/
Woordafbreking
- be·gin·nen·de·re
Woordherkomst en -opbouw
- beginnender met de uitgang -e
Bijvoeglijk naamwoord
beginnendere
- verbogen vorm van de vergrotende trap van beginnend