bedwongen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·dwon·gen
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van bedwingen: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs) maar met een klinkerwisseling i-o (/ɪ/ - /ɔ/)
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bedwingen |
bedwongen