bedienend
Uiterlijk
- be·die·nend
vervoeging van: | bedienen |
verbogen vorm: | bedienende |
bedienend

stellend | |
---|---|
onverbogen | bedienend |
verbogen | bedienende |
partitief | bedienends |
bedienend
- van personeel dat ze de klanten voorzien van wat ze nodig hebben
- Weet dat bedienend personeel harder voor je rent als je vriendelijk bent. Staan op je tafel nog spullen van de vorige gasten, wacht dan tot het wordt opgeruimd. Ga het niet opstapelen en ergens anders neerzetten. Duurt het erg lang, vraag dan netjes of ze het willen opruimen.” [1]
- De Terras Top 100 kent een open inschrijving: ondernemers mogen meedoen als hun terras minimaal veertig stoelen heeft, vrij toegankelijk is, bedienend personeel heeft en in het terrasseizoen minimaal vijf dagen per week geopend is. [2]
- Het woord bedienend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Tubantia Ellen den Hollander 06-07-19 Zo houd je het gezellig op een druk terras: 'Ga niet met je vingers knippen’
- ↑ Tubantia 08-07-19 Dit zijn de honderd beste terrassen van Nederland