bedienden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·dien·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bedienen |
bedienden
- meervoud verleden tijd van bedienen
- Wij bedienden.
- Jullie bedienden.
- Zij bedienden.
- Wij bedienden.
Zelfstandig naamwoord
de bedienden mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord bediende