bedenking
Uiterlijk
- be·den·king
- Naamwoord van handeling van bedenken met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bedenking | bedenkingen |
verkleinwoord | bedenkinkje | bedenkinkjes |
de bedenking v
- tegenwerping
- Als u het niet eens bent met een voorgenomen besluit van het gemeentebestuur kunt u in de meeste gevallen een zienswijze of bedenking indienen
- ▸ Het tegenkamp had daar natuurlijk bedenkingen bij, en zo ontstonden er hevige discussies die dagenlang aanhielden en die de toch al verhitte chaos waarin de rechtbank was gestort alleen maar verergerden.[1]
- beraad, overweging
- Het woord bedenking staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bedenking" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Safae el Khannoussi“Oroppa” (2024), Uitgeverij Pluim
, ISBN 9789493339125
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -ing in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %