Naar inhoud springen

bedaardheid

Uit WikiWoordenboek
  • be·daard·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord bedaardheid
verkleinwoord

de bedaardheidv

  1. de rust en de kalmte van iets of iemand
     Autocoureur Tom Coronel bewondert de bedaardheid bij Max Verstappen, die zijn weekend (alweer) vergald zag worden door een mislukte race in de Formule 1. Verstappen werd al in de eerste bocht gesandwicht door de twee Ferrari's.[2]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 maart 2023 Weblink bron “'Kramer zou niet bij Feyenoord mogen spelen'” (Dinsdag 19 september 2017, 06:21), NOS