beërf

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·erf

Werkwoord

vervoeging van
beërven

beërf

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beërven
    • Ik beërf. 
  2. gebiedende wijs van beërven
    • Beërf! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beërven
    • Beërf je? 

Gangbaarheid

32 % van de Nederlanders;
24 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be