basispastoraat

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ba·sis·pas·to·raat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord basispastoraat basispastoraten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het basispastoraato

  1. (religie) geestelijke zorg die gericht is op de gelovigen zelf; geestelijke zorg op het laagste hiërarchische niveau
     Sinds het aantreden van Franciscus zijn er steeds meer benoemingen van bisschoppen die uit het basispastoraat komen. "Dat je ruikt naar zijn schapen, zoals paus Franciscus zelf zegt. Je zou haast denken dat de paus ze allemaal zelf uitkiest, maar dat kun je natuurlijk nooit bewijzen."[1]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 17 maart 2023 Weblink bron “Nieuwe bisschop De Korte 'ruikt naar zijn schapen'” (Zaterdag 14 mei 2016, 10:47), NOS