basale
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ba·sa·le
Bijvoeglijk naamwoord
basale
- verbogen vorm van de stellende trap van basaal
- ▸ En daarom makkelijk te haten. Nog makkelijker in de basale situatie wanneer het om de Engelsman of jezelf ging.[1]
Verwijzingen
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus, ISBN 9789044625691