bankrekening

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  bankrekening    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈbɑŋkrekəˌnɪŋ / (4 lettergrepen)

Woordafbreking

• bank·re·ke·ning

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  bank  en  rekening 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bankrekening	bankrekeningen
verkleinwoord	bankrekeningetje	bankrekeningetjes

Zelfstandig naamwoord

de bankrekening v

1. (economie) (financieel) een rekening-courant bij een bank

   • Zijn bankrekening was leeggemaakt door oplichters. 

Afgeleide begrippen

• bankrekeningnummer

Verwante begrippen

• betaalrekening, girorekening, spaarrekening

Vertalingen

    1. een rekening-courant bij een bank   

Duits: Bankkonto (de) o Engels: bank account (en)

Frans: compte bancaire (fr) m Spaans: cuenta bancaria (es) v, cuenta de banco (es) v

Gangbaarheid

• Het woord bankrekening staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bankrekening" herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.