banenbonus

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ba·nen·bo·nus
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord banenbonus banenbonussen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de banenbonusm

  1. subsidie die werkgevers ontvangen voor het aannemen van mensen met een laag inkomen
     Asscher spreekt van een banenbonus. "Voor werkgevers is de bonus dat ze werknemers goedkoper in dienst kunnen nemen; voor werkzoekenden is de bonus dat ze een fatsoenlijke betaalde baan krijgen." Asscher meent daarom dat op deze manier van het belastingplan een banenplan gemaakt kan worden.[1]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 29 april 2023 Weblink bron “Asscher omarmt loonkostensubsidie” (Zondag 26 april 2015, 15:05), NOS