bandenindustrie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ban·den·in·dus·trie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bandenindustrie bandenindustrieën
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bandenindustriev

  1. de fabrieken waarin (auto)banden worden gemaakt
     Recycling Netwerk spreekt van poldercriminaliteit. "De bandenindustrie is blij dat ze versnipperde oude banden kan uitstorten op sportvelden en er nog geld voor krijgt ook", zegt voorzitter Van Duin in Trouw. "Maar de risico's van de zinkverontreiniging zijn te groot. Het is gewoon nog altijd afval en daarom moeten overheden het ook als afval behandelen."[1]
     "Te bizar voor woorden, een kansloze aangifte", reageert de bandenindustrie op de recente actie van milieuorganisaties tegen rubberkorrels op sportvelden. Vanochtend werd bekend dat er aangifte is gedaan omdat de korrels zware metalen, zoals zink, in het milieu zouden lekken.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 17 maart 2023 Weblink bron “Aangifte om rubberkorrels op sportvelden” (Donderdag 21 september 2017, 04:23), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 maart 2023 Weblink bron “'Zoveelste hetze tegen kunstgraskorrels'” (Donderdag 21 september 2017, 13:00), NOS