balsturig

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bal·stu·rig
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘koppig’ voor het eerst aangetroffen in 1477 [1]
  • Samenstelling van bal (kwaad, slecht) en sturig. De betekenis van het woord is dus "moeilijk te sturen".[2]
  • Samenstellende afleiding van bal (slecht) en de stam van sturen met het achtervoegsel -ig [3]
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen balsturig balsturiger balsturigst
verbogen balsturige balsturigere balsturigste
partitief balsturigs balsturigers -

Bijvoeglijk naamwoord

balsturig

  1. moeilijk te sturen, niet luisterend, tegendraads
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

43 % van de Nederlanders;
32 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen