balletje

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak

(klemtoonhomogram)

Woordafbreking
  • [1] bál·le·tje
  • [2] bal·lét·je

Zelfstandig naamwoord

het balletjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bal
Hyponiemen

Zelfstandig naamwoord

het balletjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord ballet

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be