bakkersbedrijf

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bak·kers·be·drijf
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bakkersbedrijf bakkersbedrijven
verkleinwoord bakkersbedrijfje bakkersbedrijfjes

Zelfstandig naamwoord

bakkersbedrijf o [1]

  1. bedrijf waarin men brood en banket produceert
     Beschuitfabrikant Bolletje mag definitief niet worden overgenomen door een ander bakkersbedrijf. De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) zegt dat het nieuwe bedrijf te groot zou worden, met een markaandeel van 70 tot 80 procent.[2]
     De band had 4500 oliebollen gekocht bij een bakkersbedrijf om ze door te verkopen voor de verenigingskas. Toen er al 3500 stuks over de toonbank waren gegaan, kwam men erachter dat er beestjes in de bollen zaten.[3]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 9 november 2022 Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Overname Bolletje gaat niet door” (Vrijdag 14 december 2012, 14:01), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 9 november 2022 Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Beestjes in oliebol door oud meel” (Donderdag 3 januari 2013, 18:02), NOS