avspark

Et avspark
Een aftrap

Noors

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈɑːʋspɑɾk /

Woordafbreking

• av·spark

Woordherkomst en -opbouw

• Afleiding van het Noorse zelfstandige naamwoord spark met het voorvoegsel av-

Naar frequentie	32810

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	avspark	avsparket	avsparker	avsparka avsparkene
genitief	avsparks	avsparkets	avsparks	avsparkas avsparkenes

Zelfstandig naamwoord

avspark, o

1. (sport) aftrap
2. startschot

Synoniemen

• [1-2]: startskott
• [1-2]: startskudd

Afgeleide begrippen

• [2]: avsparkkonferanse

Zelfstandig naamwoord

avspark

1. nominatief onbepaald onzijdig meervoud van avspark

Nynorsk

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈkʉndə.sentəɾ /

Woordafbreking

• av·spark

Woordherkomst en -opbouw

• Samenstelling van de Nynorske zelfstandige naamwoorden kunde met het voorvoegsel av-

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	avspark	avsparket	avspark	avsparka

Zelfstandig naamwoord

avspark, o

1. (sport) aftrap
2. startschot

Synoniemen

• [1-2]: startskot
• [1-2]: startskott

Afgeleide begrippen

• [2]: avsparkkonferanse

Zelfstandig naamwoord

avspark

1. nominatief onbepaald onzijdig meervoud van avspark