avreist

Uit WikiWoordenboek

Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • av·reist
Naar frequentie zeldzaam
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud avreist
o enkelvoud avreist
meervoud avreiste
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
avreiste

Bijvoeglijk naamwoord

avreist

  1. afgereisd, vertrokken

Werkwoord

avreist

  1. voltooide tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van avreise

Werkwoord

avreist

  1. voltooid (verleden) deelwoord van avreise