avondtijd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- avond·tijd
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van avond zn en tijd zn , gebruikt op enkele plaatsen in de Statenvertaling van de Bijbel [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | avondtijd | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de avondtijd m
- (dichterlijk) (verouderd) periode waarin de dag overgaat in de nacht
Synoniemen
- avond (meer gangbaar)
Gangbaarheid
- Het woord 'avondtijd' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Joh. Hartog“Journalistiek leven in Curaçao.” (1944), Paulus-drukkerij, Willemstad, p. 216
- ↑ Weblink bron “Genesis 8:11” op statenvertaling.net
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Bijbeltaal in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Dichterlijk in het Nederlands
- Verouderd in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal