avondlockdown
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- avond·lock·down
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van avond zn en lockdown zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | avondlockdown | avondlockdowns |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- lockdown die geldt voor de avond en de nacht; gedwongen sluiting van restaurants, bioscopen en andere uitgaansgelegenheden in de avond- en nachturen
- ▸ Dat de coronacijfers dalen, komt door eerdere maatregelen, zoals de avondlockdown van november en begin december. Het is nog te vroeg om het effect van de harde lockdown te berekenen.[1]
- ▸ Het RIVM berekende dat de voorgestelde versoepelingen (een avondlockdown vanaf 20 uur) mogelijk gaan leiden tot een bezetting 600 tot 700 coronapatiënten op de IC in maart. Naar verwachting kondigt het kabinet aan dat alles open zal mogen tot 22.00 uur. "Hoe later de sluitingstijd is, hoe meer en langduriger de contactmomenten" stelt Van den Hof. De coronabezetting op de IC zal dus in maart mogelijk nog hoger zijn.[2]
Gangbaarheid
- Het woord 'avondlockdown' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “De Jonge: pas op met te veel optimisme over omikron, maandag schoolbesluit” (Woensdag 29 december 2021, 13:27), NOS
- ↑ Weblink bron “Omikron bereikt nu ook ziekenhuizen, nog weinig besmettingen onder zestigers” (Dinsdag 25 januari 2022, 15:11), NOS