avoir un coup dans le pif
Frans
Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
avoir un coup dans le pif
- (spreektaal) te diep in het glaasje gekeken hebben
- «Celui-là il a un coup dans le pif.»
- Die heeft te veel gezopen. [1]
- «Celui-là il a un coup dans le pif.»