autotransformator
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- au·to·trans·for·ma·tor
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van transformator met het voorvoegsel auto-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | autotransformator | autotransformatoren autotransformators |
verkleinwoord | autotransformatortje | autotransformatortjes |
Zelfstandig naamwoord
de autotransformator m
- (elektrotechniek) een transformator waarbij de secundaire spanning gerealiseerd wordt door een aftakking direct van de primaire wikkeling (er treedt dus geen scheiding op van 'primair' en 'secundair' circuit)
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord 'autotransformator' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.