autentický
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /aʊtɛntɪtskiː/
Woordafbreking
- au·ten·tic·ký
Woordherkomst en -opbouw
- Afgeleid van het Latijnse woord authenticus met het achtervoegsel -cký
Bijvoeglijk naamwoord
autentický
- authentiek; gelijk aan het origineel.
- authentiek; echt en betrouwbaar.
Verbuiging
Schrijfwijzen
Oude schrijfwijze: authentický
Synoniemen
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen