audiorack
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- au·dio·rack
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | audiorack | audioracks |
verkleinwoord | audiorackje | audiorackjes |
Zelfstandig naamwoord
het audiorack o
- kast bestemd om een geluidsinstallatie in te plaatsen
- het geheel van de geluidsinstallatie met de kast
Gangbaarheid
- Het woord audiorack staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "audiorack" herkend door:
65 % | van de Nederlanders; |
58 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be