auctionaris

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  auctionaris    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• auc·ti·o·na·ris

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van het Latijnse auctionare met het achtervoegsel -aris

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	auctionaris	auctionarissen
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de auctionaris m

1. (beroep) iemand die aucties houdt

Gangbaarheid

• Het woord auctionaris staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "auctionaris" herkend door:

58 %	van de Nederlanders;
53 %	van de Vlamingen.