atropello
Spaans
Uitspraak
Woordafbreking
- a·tro·pe·llo
enkelvoud | meervoud |
---|---|
atropello | atropellos |
Zelfstandig naamwoord
atropello m
- aanrijding, het aanrijden, het overrijden
- geweldigheid
- haast
Verwante begrippen
- atropelladamente, atropellado, atropellador, atropellaplatos, atropellamiento, atropellar, atropellarse
Synoniemen
- [1] atropellamiento
Verwijzingen
- atropello in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española
Werkwoord
vervoeging van |
---|
atropellar |
atropello
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van atropellar